1. d4

 

Door: Co Buysman

 

In 2005, 2009, 2010 en 2012 heb ik het met zwart tegen Dirk Lont opgenomen. Dirk speelt volgens mij zijn hele schaakleven – begonnen eind jaren zeventig – Engels, dus de voorbereiding is dan een makkie. Voor de zesde ronde zitten we weer aan hetzelfde bord, met de eerste plaats in groep B als inzet. Dirk opent met 1. d4. Mijn eerste gedachte? ,,De driedelige serie van grootmeester Mihail Marin over het Engels kan de open haard in.’’

Mijn tweede gedachte? ,,Hoe beginnen de echte topspelers hun partijen?’’ Daarvoor moet je in groep A, waar Dirk overigens ook in thuishoort, zijn. We starten het ‘onderzoek’ op 5 maart, dag van de eerste ronde. Tien partijen, tien verschillende openingen. In de tweede ronde spelen de zwartspelers van de eerste woensdagmiddag met wit en komen er zes andere openingen bij.

Inmiddels zijn we zes ronden onderweg en hebben de meeste deelnemers driemaal met de witte stukken gespeeld. Na de zestien openingen van 5 en 12 maart samen zijn er nog eens elf andere bijgekomen. We kunnen dus stellen dat het openingsrepertoire van de lenteveteranentop dit seizoen in Hoorn liefst 27 varianten heeft. Opvallend genoeg is er slechts één met drie keer een verschillende eerste zet: Jan Rot. Hij begint achtereenvolgens met Pf3, d4 en e4. Vijftien routiniers hebben een vast begin en zijn daar niet van afgeweken. In de theaterzaal van Lindendael is de populairste openingszet e4 (32 keer), gevolgd door d4 (14), c4 (6), Pc3 en Pf3 (allebei 3) en eenmaal b3. De Pirc is met tien keer het meest gespeeld, met het Engels als goede tweede (6). Wereldwijd kiezen heel veel schakers voor een eerbetoon aan priester Pietro Carrera die in de zeventiende eeuw als eerste Siciliaans heeft geopend, maar de NHSB-toppers zijn eigenwijs en vinden vijf keer – in 59 partijen – voldoende. Verder is het Geweigerd Damegambiet, het Frans en het Scandinavisch driemaal genoteerd.

Wat is deze wijsheid waard? Weinig en veel. Stel dat de gemiddelde schaakcarrière van de huidige A-groep dertig seizoenen bedraagt, dan komt er elke woensdagmiddag meer dan zeshonderd jaar ervaring binnenlopen. Stel ook dat één speler in die dertig jaar zo’n duizend partijen heeft gespeeld, dan praten we over een totaal van ruim twintigduizend partijen. Met zoveel kennis in huis laten onze lenteveteranen zich in de opening zelden verrassen.

Een goed openingsrepertoire speelt wel een rol in het verdere verloop van een partij. Achterstand in ontwikkeling, geen goede velden hebben voor bepaalde stukken, een kwetsbare verdedigingsopstelling, bezit van open lijnen, het werkt vaak allemaal door in het midden- en eindspel. De ene keer lukt het wat beter dan de andere keer en op de ene woensdagmiddag zie je iets meer dan op de andere woensdagmiddag, maar het blijft boeiend om al die partijen van de A-groep na te spelen. En het is ook handig als voorbereiding. Tenminste, als de eerstvolgende opponent niet met een andere openingszet komt.

 

 

 

Wim Nieland – Jan Brink ½-½

Naarmate de finish dichterbij komt, neemt de spanning toe. De slotronde van woensdag begint met zes titelkandidaten die op een half punt van elkaar staan. Jan Brink leidt het veld met een halfje voorsprong op vijf concurrenten van wie Wim Nieland er een is.

Beide lenteveteranen staan in Hoorn altijd hoog genoteerd op de plaatsingslijst en treffen elkaar daarom nooit in de eerste helft van het kampioenschap. Hun eerste twee ontmoetingen, in 2010 en 2011, hadden in de vierde ronde plaats en kregen remise als resultaat. Ook nu wordt het evenwicht niet verstoord.

Aan het einde van de opening zadelt Wim zijn opponent met een achtergebleven d-pion op, maar daar valt voor hem nauwelijks voordeel mee te behalen. Op de open e-lijn worden alle torens geruild en stevenen de twee toppers af op een dame-eindspel met het loperpaar voor Jan en loper met paard voor de witspeler. De stellingen zijn dermate solide dat na 28 zetten tot deling van het punt wordt besloten.

1. e4 d6 2. d4 Pf6 3. Pc3 g6 4. f4 Lg7 5. Pf3 0-0 6. Le2 c5 7. e5 Pfd7 8. exd6 exd6 9. d5 Pf6 10. 0-0 Pa6 11. Pb5 Pc7 12. Pxc7 Dxc7 13. c4 Te8 14. Ld3 Ld7 15. Tb1 Pg4 16. Dc2 Pe3 17. Lxe3 Txe3 18. Tfe1 Tae8 19. Txe3 Txe3 20. Dd2 Te8 21. Te1 Dd8 22. b4 b6 23. Kf1 Lh6 24. bxc5 bxc5 25. g3 Lg7 26. Txe8+ Dxe8 27. Pg5 Ld4 28. De2 (zie diagram).

 

 

 

 

 

 

 

Peter Roggeveen – Peter Holscher ½-½

Voor Peter Holscher zijn een paar spannende weken aangebroken. De lenteveteraan uit Zwaag is op liefst vijf fronten actief. Hij is met nog twee ronden te gaan koploper in het West-Fries kampioenschap en titelkandidaat in Lindendael. In de bondscompetitie kan Peter met Aartswoud komende zaterdag in de promotieklasse de vlag in top hijsen. Verder zit hij in de bekerfinale van schaakclub Aartswoud en staat hij op de tweede plaats van de interne competitie. In beide is Marc Helder zijn enige concurrent.

Peter Roggeveen houdt de West-Friese schaakduizendpoot in bedwang, waarmee hij zijn kansen op een hoge eindklassering handhaaft. In het Konings-Indisch moet hij in eerste instantie een achtergebleven pion op e4 beschermen en dat lukt. Zwart heeft wat druk op de damevleugel opgebouwd en probeert de open c-lijn in bezit te nemen. Dat lukt niet en langzamerhand worden de contouren van een remisestelling zichtbaar. Een toren, loper, twee paarden en zes pionnen, het valt niet mee om na de eerste tijdcontrole ergens een doorbraak te realiseren. Aan het einde van een lange middag besluiten de twee om ook niets te forceren.

1. e4 e6 2. d3 d5 3. Pd2 c5 4. Pgf3 Pc6 5. g3 Pge7 6. Lg2 g6 7. 0-0 Lg7 8. Te1 0-0 9. e5 Dc7 10. De2 b6 11. c3 La6 12. Pf1 h6 13. h4 Tad8 14. Lf4 b5 15. d4 cxd4 16. cxd4 Db6 17. Dd2 Pf5 18. Tad1 Da5 19. Dxa5 Pxa5 20. g4 Pe7 21. b3 Tc8 22. Tc1 Tc6 23. Ld2 Txc1 24. Txc1 Pac6 25. Tc5 Tc8 26. Pe3 Lf8 27. Tc1 b4 28. Lf1 Lxf1 29. Kxf1 Tb8 30. Ke2 Tb6 31. Kd3 Ta6 32. Tc2 Lg7 33. Ph2 f5 34. f4 fxg4 35. Phxg4 Kf7 36. Le1 Tb6 (zie diagram) 37. Ph2 Lf8 38. Phf1 a5 39. Pd2 Pc8 40. h5 P8e7 41. hxg6+ Pxg6 42. Pg2 Le7 43. Pf1 Ke8 44. Pfe3 Kd7 45. f5.

 

 

 

 

 

 

Jan Rot – Hans Leeuwerik 1-0

Nu de eindsprint is ingezet, kan Jan Rot net op tijd aansluiting bij de kopgroep vinden. De lenteveteraan van Het Witte Paard heeft nog geen keer ontbroken in Hoorn en is bij tien deelnames vijf keer in de top tien geëindigd. Zijn beste eindklasseringen zijn de tweede en de vierde plaats in 2008 en 2009 – beide malen veroverde Peter Holscher de titel – en daar zit hij weer dichtbij.

Jan staat bekend om een gevarieerd openingsrepertoire en kiest nu voor een vroege d4 in het Scandinavisch, waardoor ook hij al heel vroeg in de partij de dames worden geruild. Alle pionnen op de d-, e- en f-lijn verdwijnen en is er veel ruimte om met een toren, het loperpaar en een paard wat moois te bedenken.

Na een gelijkopgaande strijd komt wit enigszins in de problemen, omdat zijn loper op c1 wordt gepend en tot passiviteit is veroordeeld. Het kost enige moeite om die in het spel te brengen, waarna ook de verdediger (een toren op a1) inzetbaar is. En die staat voor een belangrijk deel aan de basis van de beslissing. Op de zevende rij neemt de witte toren een ijzersterke positie in, waardoor Hans opeens een mataanval niet meer kan pareren.

1. e4 d5 2. d4 dxe4 3. f3 e5 4. dxe5 Dxd1+ 5. Kxd1 Lf5 6. fxe4 Lxe4 7. Pd2 Lc6 8. Pgf3 Pd7 9. Lc4 Ph6 10. e6 fxe6 11. Lxe6 Pc5 12. Lh3 Le7 13. Te1 Td8 14. Ke2 0-0 15. Kf1 Lh4 16. Te5 Tde8 17. Txe8 Lxe8 18. Kg1 Lf6 19. Pb3 Pxb3 20. axb3 Lc6 21. Le6+ Kh8 22. c3 Te8 23. Lc4 Lxf3 24. gxf3 Te1+ 25. Kf2 Lh4+ (zie diagram) 26. Kg2 a6 27. f4 Pf5 28. Kh3 Lf2 29. Ta5 g6 30. Ld2 Td1 31. Td5 Le3 32. Txf5 Txd2 33. Tf8+ Kg7 34. Tf7+ Kh6 35. Kg3 Lg1 36. h3 Lf2+ 37. Kf3 Lb6 38. Te7 Tf2+ 39. Kg3 Td2 40. Lg8 Td3+ 41. Kg4 g5 42. f5.

 

 

 

 

 

Peter Vogelenzang – Karel Keesman 0-1

Het lijkt erop dat voor Karel Keesman de even jaren de goede jaren zijn. De Heerhugowaardse lenteveteraan debuteert met de achttiende plaats in 2011 en wordt in 2013 twaalfde. In 2012 eindigt hij op het podium – derde – en daar maakt hij na zijn overwinning op Peter Vogelenzang weer kans op.

Net als in hun partij in 2011 in de vijfde ronde moeten de twee veel noteren. Toen, met remise als resultaat, 72 zetten, nu 59. Wit komt goed uit de opening, maar als er zes lichte stukken zijn geruild, vormt zijn isolani op e4 een probleem. Enkele zwarte aanvallers en witte verdedigers (dame en toren) komen ook naast het bord te staan en met het vereenvoudigen van de stelling keert het evenwicht terug.

Er volgt een fase met veel gemanoeuvreer. Als de laatste torens zijn geruild, ontstaat er een eindspel met lopers van gelijke kleur en zes pionnen elk. Wel is de positie van Karels koning beter. De witte monarch moet de e4-pion blijven beschermen en zijn loper een achtergebleven pion op f4.

Het gaat voor wit mis, als hij zich verslikt in een actie van de zwarte a-pion. Peter kan met 50. Lc1 een belangrijk tempo winnen, maar komt nu in zetdwang en geeft de verdediging van de f4-pion op. De gesloten stelling wordt opgeblazen en zwart krijgt vrijpionnen op de e-, f- en h-lijn.

1. d4 Pf6 2. Pf3 e6 3. e3 c5 4. Ld3 d5 5. b3 cxd4 6. exd4 Pc6 7. 0-0 Le7 8. a3 0-0 9. Pbd2 b6 10. Lb2 Lb7 11. De2 Pd7 12. Tac1 Te8 13. Tfd1 Pf8 14. c4 Lf6 15. Pe5 dxc4 16. Pdxc4 Pe7 17. Pe3 Pd5 18. Lc4 Pxe3 19. Dxe3 Pg6 20. Pxg6 hxg6 21. Tc2 Ld5 22. Dd3 Te7 23. Lxd5 Dxd5 24. Dc4 Td8 25. Kf1 Ted7 26. Dxd5 Txd5 27. Tc7 T8d7 28. Txd7 Txd7 29. Ke2 Kf8 30. Td3 Td5 31. Ke3 Ke8 32. Td2 Kd7 33. Tc2 Lg5+ 34. f4 Le7 35. g4 f5 36. g5 b5 37. Lc1 Td6 38. Kd3 Ta6 39. Ta2 Kd6 40. Tc2 Kd7 41. b4 Tc6 42. Txc6 Kxc6 43. Lb2 Kd5 44. Lc3 Ld6 45. Ld2 Lc7 46. h4 Ld6 47. Le3 Lc7 48. Ld2 a6 49. Le3 a5 (zie diagram) 50. Ld2 axb4 51. Lxb4 Lxf4 52. Lf8 Lg3 53. h5 gxh5 54. Lxg7 e5 55. g6 e4+ 56. Ke2 f4 57. Le5 f3+ 58. Ke3 Lxe5 59. dxe5 Ke6.

 

 

 

Jan Stapel – Frans Vlugt ½-½

Eigenlijk is de partij tussen Jan Stapel en Frans Vlugt een bijzondere. De lenteveteranen uit Lambertschaag en Edam hebben zeven van de tien jaar samen deel uitgemaakt van groep A. Frans’ eindklasseringen zijn iets hoger, maar Jan heeft ook mooie prestaties geleverd (onder anderen vierde in 2006) en daarom is het opvallend dat ze in Lindendael nooit tegen elkaar hebben gespeeld. De primeur is in deze zesde ronde.

In het Geweigerd Damegambiet heeft wit een licht initiatief, maar zijn opponent behoudt de controle over de partij. Zo staan al zijn pionnen op de zwarte velden, als de zwartveldige lopers zijn geruild. Beetje bij beetje versterkt Frans zijn stelling. De zware stukken worden ingeleverd en met een paard houdt hij een loper gebonden aan de verdediging van twee achtergebleven pionnen. De Edamse routinier wil profiteren van een pionnenmeerderheid op de damevleugel. Na lang gemanoeuvreer krijgt hij wel een vrijpion op c4, maar moet opletten dat Jan niet met de d-pion kan doorlopen. Die is slechts drie velden verwijderd van promotie. Wit op zijn beurt mag niet toelaten dat de zwarte koning binnenkomt en niet veel later besluiten ze tot remise.

1. d4 d5 2. c4 e6 3. Pc3 Pf6 4. Lg5 Le7 5. e3 h6 6. Lh4 0-0 7. Pf3 Pe4 8. Lxe7 Dxe7 9. Ld3 Pxc3 10. bxc3 c5 11. 0-0 Pc6 12. De2 Td8 13. Tfe1 Ld7 14. Tad1 Le8 15. e4 dxc4 16. Lxc4 e5 17. d5 Pa5 18. Ld3 Tac8 19. c4 b6 20. Db2 f6 21. Ph4 Pb7 22. Pf5 Dc7 23. f4 Lh5 24. Td2 Td7 25. Pg3 Lf7 26. fxe5 Dxe5 27. Dxe5 fxe5 28. Le2 Te8 29. Lg4 Tdd8 30. Le2 Pd6 31. Ld3 Lg6 32. Tf2 Tf8 33. Tef1 Txf2 34. Txf2 Tf8 35. Txf8+ Kxf8 36. Kf2 a6 37. Ke3 Ke7 38. Pf1 b5 39. Pd2 Le8 40. h3 Kf6 41. Kf3 Lh5+ 42. Ke3 Ld1 43. a3 Lh5 44. g3 Le8 45. h4 Ld7 46. Le2 g6 47. Ld3 Lg4 48. Kf2 Ke7 49. Ke3 Kd7 (zie diagram) 50. Pb3 bxc4 51. Pxc5+ Kc7 52. Lc2 Kb6 53. Pa4+ Ka5 54. Pc3 Pb5 55. Pxb5 axb5 56. Kd2 b4 57. axb4+ Kxb4 58. Ld1 Ld7 59. Lc2 Kc5 60. Kc3 Lg4 61. Lb1 Le2.

 

 

 

William Thomson – Fred Avis 1-0

William Thomson kan met nog één ronde te gaan al spreken van zijn beste lenteveteranentoernooi ooit. In 2001 bij zijn debuut in Hoorn en in 2013 verzamelde hij drie punten en dankzij de winst op Fred Avis heeft de Heerhugowaarder nu een halfje meer.

Na een aantal zetten synchroonschaken probeert zwart het initiatief naar zich toe te trekken, maar dat lukt niet. De dames en enkele lichte stukken worden geruild, er ontstaat een open d-lijn (waarop wit zijn torens plaatst) en de stelling lijkt redelijk gelijkwaardig. Wel is de witte opstelling beter. Dat blijkt na pionnenruil op de g- en h-lijn, als een aangevallen Hoornse toren maar één vluchtveld heeft. Torenruil op g2 leidt meteen koninklijke activiteit in, want de witte monarch gaat een belangrijke rol spelen.

De zwarte stukken worden wat uit elkaar getrokken, waarmee de samenwerking ontbreekt. Een tweede torenruil brengt William een stap dichter bij de winst. Met pionnen op f7 en g6, op afstand prachtig ondersteund door een loper op c2, voert hij de druk op. Fred krijgt een plotselinge kans om het directe gevaar af te wenden (loperruil op f5), maar zijn oplossing (loperruil via een paardvork) pakt verkeerd uit. Met een witte koning op e8 is promotie niet meer tegen te houden.

1. d4 d5 2. Lf4 Lf5 3. e3 e6 4. Ld3 Ld6 5. Lxd6 Dxd6 6. Pf3 Pf6 7. 0-0 0-0 8. c4 dxc4 9. Lxc4 Pbd7 10. Pc3 Tfe8 11. Tc1 c6 12. Te1 Db4 13. Db3 Dxb3 14. Lxb3 e5 15. dxe5 Pxe5 16. Pxe5 Txe5 17. Ted1 h5 18. Lc2 Le6 19. Td4 c5 20. Td2 a6 21. Tcd1 Te8 22. e4 g5 23. f3 h4 24. g3 hxg3 25. hxg3 Kg7 26. f4 gxf4 27. gxf4 Th5 28. f5 Tg5+ 29. Tg2 Txg2+ 30. Kxg2 Ld7 31. Kf3 Lc6 32. Kf4 Ph5+ 33. Kg4 Th8 34. e5 Kh6 35. Td6+ f6 36. exf6 Tg8+ 37. Kh4 Tg2 38. f7+ Kg7 39. Tg6+ Txg6 40. fxg6 Pf4 41. Kg5 Pe6+ 42. Kg4 Pf8 43. Lf5 Ld7 44. Pd5 (zie diagram) Pxg6 45. Lxd7 Pe5+ 46. Kf5 Pxd7 47. Ke6 Pf8+ 48. Ke7 Pg6+ 49. Ke8 Pf8 50. Pf4 Ph7 51. Pe6+.

 

 

 

Gerard Kuijs – Henk van der Eng ½-½

Met zijn remise tegen Henk van der Eng handhaaft Gerard Kuijs zijn score van vijftig procent. De Castricumse lenteveteraan bereikte zijn beste klassering in groep A in 2008, toen hij 3½ punt verzamelde en daarmee beslag legde op de elfde plaats. Een evenaring en zelfs een verbetering zit er nog altijd in.

De remise tegen zijn club- en plaatsgenoot is misschien wel een kleine verrassing. In navolging van een dubbele strijd tussen Dirk Lont en Piet Zegers (in de vijfde ronde van groep B tegen elkaar en twee dagen later in een bondswedstrijd opnieuw) treffen Gerard en Henk elkaar binnen een week eveneens tweemaal. In de competitie van schaakvereniging Castricum heeft Gerard, met wit, op 4 april van Henk verloren. Begin november was Henk ook al te sterk geweest.

Nu neemt Gerard een halve revanche. Daar moet hij wel hard voor werken. Aanvankelijk is er niets aan de hand, maar na dameruil wordt een witte geïsoleerde pion een doelwit voor zwart en hij verovert die ook. Het stelt de witspeler wel in staat om zijn torens op de open c-lijn te verdubbelen. Na een ruil komt de overgebleven toren in de stelling van Henk die ondertussen een vrijpion op e4 heeft en probeert die te zijner tijd te verzilveren. Daar komt hij niet aan toe. In een toreneindspel kan Gerard toewerken naar een dubbele aanval op die pion en moet zwart daarom twee verdedigers paraat hebben. Zo eindigt de partij in herhaling van zetten.

1. e4 c6 2. d4 d5 3. Pc3 dxe4 4. Pxe4 Pd7 5. Pg5 e6 6. Ld3 Pgf6 7. P1f3 Le7 8. De2 0-0 9. 0-0 h6 10. Pe4 Pxe4 11. Dxe4 Pf6 12. De2 b6 13. c3 Lb7 14. Lf4 c5 15. Tad1 Lxf3 16. Dxf3 cxd4 17. cxd4 Dd5 18. Dxd5 Pxd5 19. Ld2 Tac8 20. Tc1 Lb4 21. Lxb4 Pxb4 22. Lb1 Tfd8 23. a3 Pc6 24. d5 exd5 25. Lf5 Tc7 26. Tc2 Td6 27. Tfc1 Te7 28. Kf1 Pd8 29. Tc8 g6 30. Ld3 Kg7 31. T8c7 Txc7 32. Txc7 a5 33. Lb5 Kf6 34. Ke2 g5 35. Tc8 Ke5 36. g3 Pe6 (zie diagram) 37. Ke3 d4+ 38. Kd2 f5 39. Te8 Kf6 40. Th8 Kg7 41. Tc8 Pc5 42. Ld3 f4 43. Tc7+ Kf6 44. f3 Ke5 45. g4 Kd5 46. Te7 Pxd3 47. Kxd3 Kc5 48. b3 b5 49. Te5+ Kc6 50. Te4 Kc5 51. Te5+ Kc6 52. Te4 Kc5.

 

 

 

Tom Adriaanse – Dirk Mantel 1-0

De partij tussen Tom Adriaanse en Dirk Mantel is er een van omgekeerde belangen. Tom boekt zijn tweede zege op rij en belandt in de grote middenmoot, terwijl Dirk op de laatste drie woensdagmiddagen slechts een half punt heeft veroverd en na een mooie start op de ranglijst daalt.

Hun eerste onderlinge Hoornse partij was in 2009 (remise), het jaar waarin beiden subtoppers waren. Ze zitten nu voor de vierde keer tegenover elkaar en er valt een ritme te ontdekken in de reeks: remise, Tom wint, remise, Tom wint.

Het eerste voordeel is evenwel voor de Andijkse lenteveteraan die zijn opponent in het vroege middenspel dubbelpionnen op de c- en g-lijn bezorgt en en passant een centrumpion wint. Vervolgens ruilt hij een passieve loper en even later ook een toren. Op weg naar een dametoreneindspel staat zwart nog steeds goed, al begint de MSC’er wat prikjes uit te delen. Met een schaakje verovert hij een randpion, waardoor zijn a-pion de status van vrijpion krijgt. Zijn zware stukken staan aanvallend opgesteld, die van Dirk verdedigend.

Als beiden de dame en zes pionnen overhouden, begint Tom aan de wandeling van zijn a-pion. Met een onveilige koning en een mindere pionnenstructuur is de Andijker stelling niet solide. Wit moet nog wel eerst eeuwig schaak voorkomen en heeft dan winnend spel.

1. e4 c5 2. Pf3 Pc6 3. Pc3 Pf6 4. d4 cxd4 5. Pxd4 e6 6. Le2 Lb4 7. 0-0 0-0 8. Pxc6 bxc6 9. Lg5 h6 10. Lh4 g5 11. Lg3 Lxc3 12. bxc3 Pxe4 13. Ld3 Pxg3 14. hxg3 f5 15. Tb1 a5 16. a4 La6 17. Lxa6 Txa6 18. Tb7 Tf7 19. Dd6 Tb6 20. Tb1 Txb1+ 21. Txb1 De7 (zie diagram) 22. Tb8+ Kg7 23. De5+ Df6 24. Dxa5 f4 25. g4 e5 26. Te8 Te7 27. Dd8 Txe8 28. Dxe8 Dd6 29. a5 Dd1+ 30. Kh2 Dxg4 31. Dxe5+ Kf7 32. f3 Dg3+ 33. Kg1 g4 34. fxg4 Dxg4 35. Dd4 Df5 36. a6 Db5 37. Dxd7+ Kf6 38. a7 De2 39. Dxc6+ Kg5 40. Dd5+ Kf6 41. Dd4+ Kg5 42. Df2 Dd1+ 43. Df1 Dd5 44. Kh2 Da8 45. Db5+.

 

 

 

 

Ton de Veij – Aad Laan 0-1

Met een mooie tussensprint heeft Aad Laan zich hersteld van een weinig succesvolle eerste fase van het kampioenschap. Zijn score van 2½ punt uit de laatste drie partijen brengt hem in de groot middenmoot. Ton de Veij daarentegen moet het met vier halfjes doen en wacht derhalve nog op zijn eerste overwinning in deze editie van het lenteveteranentoernooi.

De zwartspeler heeft zich goed voorbereid op Tons openingszet (Pc3). Hij kiest even voor symmetrie om daarna met name op de koningsvleugel actief te zijn. Wit rokeert lang en spoedig volgt Aad zijn voorbeeld. De strijd ontwikkelt zich enigszins om wits naar e5 doorgeschoven pion. Daar lijkt de Hoornse lenteveteraan op te loeren, maar hij let ook op de minder gunstige posities van de witte stukken op de derde rij.

Een Purmerendse dreiging via de half open a-lijn heeft niets opgeleverd. De dame op a3, voor de pionnen, ziet nauwelijks vluchtvelden en haar redding kost Ton een stuk. Kort erop groeit de materiële achterstand tot een volle toren. Met actief spel probeert wit nog iets, maar hij wint er alleen de kwaliteit mee terug. In een toreneindspel met een loper en twee pionnen meer neutraliseert Aad het mogelijke gevaar van een vrije h-pion en maakt daarna zijn koning actief. Zijn opponent beseft dat er nu geen redding meer mogelijk is.

1. Pc3 Pf6 2. Pf3 Pc6 3. e4 e5 4. d4 exd4 5. Pxd4 Lc5 6. Pb3 Lb6 7. Lg5 d6 8. Dd2 h6 9. Lh4 g5 10. Lg3 De7 11. 0-0-0 Lg4 12. f3 Ld7 13. Kb1 0-0-0 14. Pa4 Le6 15. Pxb6+ axb6 16. De3 d5 17. e5 Ph5 18. Lb5 Pa7 19. Pd4 c5 20. Da3 Kc7 21. Ld3 Pf4 22. Lxf4 gxf4 23. Pe2 Dg5 24. g3 fxg3 (zie diagram) 25. Pxg3 Pc6 26. Da4 Ta8 27. Db3 c4 28. Lxc4 dxc4 29. Dc3 De7 30. Td6 Pxe5 31. Dxe5 Dxd6 32. De3 The8 33. Pe4 De5 34. Dxh6 Th8 35. Dd2 Thd8 36. Db4 Dd4 37. Pc3 Ld7 38. Td1 Dc5 39. Pd5+ Kb8 40. Dxb6 Dxb6 41. Pxb6 Kc7 42. Pxa8+ Txa8 43. Td4 Le6 44. h4 Tg8 45. c3 Tg3 46. Tf4 Kd6.

 

 

 

 

Peter Duijs – Maarten de Haas 0-1

Na drie nederlagen op rij pakt Maarten de Haas zijn eerste partijzege. Door de uitslag heeft Peter Duijs geen zicht meer op een hogere klassering, maar de Heerhugowaarder kan nog wel wat terreinwinst boeken.

In eerste instantie gaat de strijd gelijk op. Wel verhindert wit met 15. Lh6 dat zijn opponent kan rokeren.Peter bouwt alles voorzichtig op en heeft een betere stelling. Er zitten wat kleine dreigingen in (bijvoorbeeld 23. c5), maar hij profiteert daar niet van.

De partij kabbelt wat voort, terwijl het positionele overwicht van de witspeler kleiner wordt. Er komt een abrupt einde aan, als de Langedijkse lenteveteraan mist dat zijn dame bloot staat aan een aanval.

1. e4 d6 2. Le2 Pf6 3. c3 Pc6 4. d4 e5 5. d5 Pb8 6. Le3 c6 7. Lf3 Pbd7 8. Dc2 Pb6 9. c4 Dc7 10. dxc6 bxc6 11. Pe2 Le6 12. b3 Pfd7 13. 0-0 Le7 14. Pg3 g6 15. Lh6 Tc8 16. Dd2 Tg8 17. Pc3 Pc5 18. Le3 Pcd7 19. Tfd1 Db7 20. Le2 a6 21. f4 exf4 22. Lxf4 Pe5 (zie diagram) 23. Lf3 Pbd7 24. Le3 Td8 25. Df2 Tc8 26. Pa4 h5 27. Pe2 Th8 28. Pd4 Pg4 29. Pxe6 Pxf2.